Ruim drie weken verblijven we nu in dit thuiskantoor, deze thuisschool en dit thuisrestaurant. Onze strak geplande werkschema’s, logistieke uitdagingen en routines waar we altijd zo goed op varen; in een klap zijn ze weg. Blijft over zeven dagen, vijf mensen en vier muren.
Met de ene dag wat meer succes dan de andere, proberen we onze banen te combineren met het thuisonderwijs van twee kleuters en de zorg voor een dreumes. Jongleren voor gevorderden. Begin ik er al aan te wennen? Nou, wennen is een groot woord. Maar dat zware, donkere gevoel van die eerste weken, waarin het leek alsof ik de hele dag aan het watertrappelen was met een rugzak vol bakstenen om m’n schouders, neemt af.
Met de lentezon breekt het licht naar binnen en er zijn momenten dat ik ruimte vind om deze coronacrisis wat te overpeinzen. Coronacrisis. Een woord dat, wellicht geholpen door zijn alliteratie, al veel te vertrouwd in het gehoor ligt. En een crisis is het. Een uitzonderlijke situatie, bijna een oorlogssituatie met een onzichtbare vijand. En iedereen kan doelwit zijn. COVID-19 maakt geen onderscheid tussen rijk en arm, gewone mensen of beroemdheden. Iedereen is mens. Kwetsbaar, vergankelijk.
Dat kan beangstigend zijn. Wat is er waar en waaraan kun je je vasthouden? We zoeken naar verklaringen. Houden nauwkeurig cijfers bij van besmettingen, ic-opnames en doden in een poging tot enige grip op wat ons overkomt. Mensen slaan niet alleen in de supermarkt, maar ook geestelijk aan het hamsteren. Zelf wacht ik liever nog even met het toekennen van betekenissen aan deze crisis. We zitten er immers nog middenin.
Dit jaar vieren we 75 jaar vrijheid zonder vrijheid, las ik ergens. Met alle maatregelen – die ons een maand geleden nog ongelofelijk in de oren hadden geklonken – mag er natuurlijk heel veel niet. En toch, toch probeer ik vrijheid te zoeken binnen de beperkingen van deze tijd. Wat blijft er over als je het hagelvuur aan coronanieuws – overigens zonder het grote leed te willen negeren – even naast je neerlegt? Daar denk ik de komende tijd over na.
En terwijl binnenblijven het devies is, staat de lente in volle bloei. Narcissen, tulpen en spaanse margrieten kleuren de tuin. Geen vliegtuig die blauwe luchten splijt, ruim baan voor de broedvogels terug uit het zuiden. Alles verandert en alles gaat door. En wij gaan door. Zeven dagen, vijf mensen en vier muren. Zo lang als nodig is.